DE HARTOG, Jan



Schipper naast God

…..
Consul:


Zeker. Geen enkele bonafide rederij zal zich inlaten met dit soort transporten. Mensen die radeloos van angst zijn over de zee te slepen tegenkrankzinnig hoge prijzen, met een accommodatie, die nog niet eens aan de allerprimitiefste eisen voldoet …


Kuiper:


Wij schijnen elkaar verkeerd te begrijpen, consul! Vijf jaar lang heb ik fatsoenlijk met dit schip gevaren, en mijn vader veertig jaar lang voor mij. Ik wil er geen drukte over maken, maar u weet zelf hoe de toestanden in de scheepvaart zijn op het ogenblik, vooral voor ons kapitein-eigenaars; en daarom: toen ik anderhalve maand terug op de beurs de aanvraag kreeg voor honderdzesenveertig landverhuizers naar Montevideo, kneep ik mijn handen dicht. Ik heb niet gevraagd of die mensen christenen of heidenen waren, ik heb het voorruim voor de mannen laten vertimmeren, ’t achterruim voor de vrouwen en de kinderen, en de messroom als ziekenboeg ingericht. U kunt aanstonds zelf omlaag gaan en met uw eigen ogen de accommodatie bekijken en als u eerlijk bent, zult u moeten toegeven …

…..