NAÉL, Moze



Dalgebed


Voorzetjes schrijf ik met een pen, dat zijn de intikkers

Echter, de mooiste regels schrijf ik met stiftjes

Tussen hemel en hier

Rem op de tijd, chauffeur van het zijn

De ballonnen balans van bestaan

Dus lichtvoetig als ik spreek, de aarde heeft hett al zo zwaar


In mijn longen. huizen verhalen van adel

De rek op papier. Is het nu in het nauw dan ben ik elastiek

Het frame, de dynastie

Het beeld, de symfonie

Het binnenvallend licht door glas in loodraam, de zondaar

Een foto is een echo die weerkaatst

Als de voortuin naar toen, het horen van een stem die vergat

Als dit mij is gegeven, dan is zielsrust een dienblad

Want juweeltjes van jewelste, verstopt in dor en dof

Een stem als de mist mag soms glimmen als zeevonk

Helder als housebeats, los van lippen

Leg ik moeiteloos de lengte op haar zij

En nee, dit is lang niet alles, dit is slechts het uiterste van mij

Want sommige zinnen, nog te groot voor het papier

Binnenin mijn melodie te mooi voor de muziek, ik al wel, de vertaling nog niet

Dus nu ben ik onderweg en maak ik dit moment tijdloos als toen,

omdat ik tijd stop...

in alles wat ik doe


En toch, het liefst laat ik die stempel los en veeg ik in vrede de sporen van vroeger uit in niet te bevatten …

…..