VAN DEN BURCH, Peter
Deze winter … (1944-1945)
Zie, deze winter zult ge steden vinden,
surrealistisch mooi met puin bezet,
waar mensen struikelen de gang der blinden
en wachten tot zij worden bijgezet.
De huizen kreunen in de Jodenbreestraat
en schimmen vluchten voor het vallend steen.
Een vrouw vraagt schor of gij niet meegaat,
omdat ze hongerig is, en óó k alleen.
Dit is de vloek, die wij hebben te dragen:
de afbraak niet, en niet ‘de nieuwe tijd’,
niet deze honger, niet de kindervragen,
maar deze reutelende eenzaamheid.