DE BOER, Christine
Het is begonnen
't Is begonnen
Hij is van mij
Kwam binnen met een koffer
Zonder dat ie echt iets zei
'T Is begonnen
Niet meer alleen
Maat 44 naast de deur
Z'n mannengeur
Sinds hij verscheen
Is 't begonnen
Hij is van mij
't Hoeft niet meer stiekem in de lift
Oh al dat gefrummel in een kast
Nu mag ik hand in hand op straat
En slapen op z'n blote bast
Hij is van mij
Kunnen uit eten
Openbaar
Misschien naar Azië op reis
Stel hem straks voor met 'da's mijn man!'
En we gaan eindelijk naar Parijs
Hij is van mij
We mogen vrijuit fantaseren
Als ik de griep krijg blijft hij thuis
Om stukjes fruit voor me te snijden
Zijn soep op mijn fornuis
Hij is van mij
Nu zit hij naast me op de bank
'T Is wat onwennig dat dat kan
Op kantoor is hij de baas
Maar hier een doodnormale man
Een beetje roos op z'n schouders
Z'n neus rood van de drank
Dat viel niet op naakt in de kast
Maar des te meer hier op de bank
Z'n doosje pillen op mijn plank
Geen idee wat hij mankeert
Heeft hij problemen met z'n hart?
Zal je net zien gaat het verkeerd
Hij is van mij
En hoe hij ruikt 's ochtends vroeg
Met de slaap nog in z'n ogen
Dat doet me denken aan m'n vader
Hoe een mond zo uit kan drogen
Hij is van mij
Ik weet niet of ik van 'm hou
Eerst wel
Maar nu het dan ook mag
Zie ik hoe kwetsbaar hij kan zijn
Als ik niet om zijn moppen lach
Ik weet niet wat dat is
Een kapelaan
Steeds weer in de lappenmand
Man je bent gewoon verkouden
Stop die oudemannenzakdoek in je broek
Jezus man trek dan een jas aan als het sneeuwt
Een jaar geleden
Een jaar geleden was het fijn
Toen was het nog geheim
We gingen schuilen voor de sneeuw
En toen opeens waren we alleen
En daar waar niemand ons kon zien
Een kus op mijn mond
Alsof zij niet bestond
Nu zit je afwezig in je stoel
Geef het gewoon aan als er iets is
Ik zie dat je verdrietig bent
Denk je aan haar
Dat je haar mist
Ze is de moeder van je kind
Dat snap ik heus wel hoor, maar poeh
Je hoeft haar niet altijd op te nemen
En als haar slaafje naar haar toe
Je bent van mij
Ze zit in al jouw kleine dingen
Hoe zij vindt dat alles moet
De WC-bril netjes terug
Ik ken niet één man die dat doet
Schrik niet meer wakker in de nacht
Maai niet zo woedend om je heen
Als je haar naam schreeuwt onbedoeld
Voel ik me hopeloos alleen
Als je dat wilt moet je maar terug
Neem 'm dan mee je rothumeur
Je schoenen en je blote bast
En je mannengeur
Sinds hij verscheen is het begonnen
Maak het nou niet stuk
Hij is van mij