HEIJNE, Bas
Onbehagen
…..
De omgeving doet ter zake - we zijn niet ons brein, zoals een bankbiljet meer voor ons is dan een stukje papier. En we zijn vooral geen autonome, rationele wezens die mens en wereld stapje voor stapje vooruithelpen naar een lichtende eindstreep. De tendens om een mens steeds meer los te zien van zijn omgeving, hem niet langer als een burger maar als een klant te zien, als object voor commerciële en politieke manipulatie, als louter optelsom van statistieken en tabellen, maakt de verbondenheid met zijn omgeving zwakker en versterkt het onbehagen. Het roept het verlangen op naar een radicaal herstel van autonomie, de fantasie van een gesloten gemeenschap, die zich niets van de buitenwereld meer hoeft aan te trekken. Al het onbehagen in de cultuur richt zich daar op.
Cultuur wordt dan niet langer opgevat als een beschermende laag die het mensen mogelijk maakt samen te leven, maar als iets dat agressief verdedigd moet worden tegen vijanden die jou en de jouwen dreigen weg te vagen. Juist het verlies van identiteit als iets dat je in staat stelt je in de buitenwereld staande te houden, roept het verlangen op naar identiteit als weermiddel in een vijandig geachte buitenwereld. Die buitenwereld wordt dan nog louter als hinderlijk, beledigend en bedreigend gezien - als iets dat niet zuiver, niet rechtvaardig, niet koesterend is.
Wie Freuds realiteitsprincipe erkent, zal die wereld willen hervormen. Wie het realiteitsprincipe ontkent, zal haar willen vernietigen.
…..