VERHOEVEN, Cornelis



Het besef

…..
‘Mijmeren’ heeft niet de tobberige ernst van ‘piekeren’, niet de argwaan wekkende pretenties van ‘speculeren’, niet het ethische gewicht van ‘zich bezinnen’ en niet de zwaarte van ‘peinzen’, maar het spreekt bijna plechtig zijn eigen ritardando uit en lijkt door de klank van het woord zelf al aan te duiden wat het wil zijn.

…..


Stamelen voor de werkelijkheid

…..
….. de liefde is een passie; zij kan tot een drang worden om te bezitten, zoals misschien ons woord “liefhebben” te kennen geeft. Maar als drang om te bezitten is zij zeker niet de liefde in haar meest zuivere vorm. Die is eerder te omschrijven in de trant van Spinoza als een blijdschap die gepaard gaat met de voorstelling van een oorzaak buiten ons. Die voorstelling of dat besef hoeft geen nauwkeurige kennis van “wat” en “waarom” te zijn. Waarschijnlijk is de liefde in haar zuiverste vorm een blijdschap om het pure feit dat de ander bestaat, zoals die is en hoe die is en hoe die ook is. Daarvoor hoeven wij de persoon van wie wij houden en van wie het loutere bestaan voor ons een bron van blijdschap is, niet te doorgronden. Die blijft mysterieus en een voorwerp van verwondering.

…..