WARREN, Hans



Geheim Dagboek

…..
- 17 april 1956 Vaak heb ik me afgevraagd waarom ik zoveel belang stel juist in vogels. Urenlang kan ik naar een vogel kijken: hoe hij eet, drinkt, zingt, baadt, zijn veren poetst, het hof maakt aan zijn wijfje, de jongen grootbrengt. Voor zoogdieren, hoe graag ik ze ook zie, kan ik die belangstelling niet opbrengen. Voor bloemen evenmin.

…..
- 17 mei 1956 Je zou altijd aan moeten tekenen wanneer een beeld, een schilderij, een muziekstuk, een gebouw je iets doet. Ten goede of ten kwade. Het heeft invloed op je, het helpt je vormen, je leven lang kan het doorwerken, ook al vergeet je het later misschien weer. Hetzelfde geldt uiteraard evengoed voor gedichten, romans. Vervolgens noteren wat herzien, herlezen je doet. Er blijft dan geen tijd meer over om te leven. En toch.

…..
- 5 oktober 1956 Het is iets eigenaardigs met kinderen. Je raakt zo aan ze gehecht dat de vele last die ze opleveren in het niet valt bij het geluk ze te hebben.

…..
- 1 november 1956 Vanzelfsprekend heb ik in de vijf jaar dat ik kritiek uitoefen op het werk van anderen geleerd wat niet moet. Ik kan mijn verhalen lezen alsof een ander ze had geschreven. Zo zie ik de vele fouten maar ook zekere kwaliteiten, verstikt weliswaar als een rozenknop onder de bladluizen. Dat geeft me toch weer moed.

…..
- 6 april 1957 Overigens is het met inspiratie zó dat zij vaak eerder woekert, toeslaat als het nauwelijks kan, dan dat zij komt op momenten van inkeer. Zoals uit heftige botsingen, oorlogen zelfs, nieuwe ideeën ontstaan - zo ontstaat vaak kunst in ogenblikken van ondraaglijke spanning, verscheurende ellende. Vrede, geluk, ze leiden snel tot tevredenheid, gezapigheid.

…..
- 2 juni 1957 Mijn oesternatuur, ik voorzie het, zal maken dat ik me daar aan de Schelde opnieuw vastkit, me afzonder en mijn schelpen sluit. Ik weet dat ik tevreden kan leven op een paar vierkante meter met mijn boeken, mijn gedachten, mijn piano.

…..
- 18 september 1957 Enerzijds is er het verlangen om bekend te worden, je op de borst te trommelen, te genieten van roem. Anderzijds de drang om weg te kruipen, in stilte en afzondering te werken, te genieten van een kluizenaarsleven. Beide verlangens zijn oprecht in mij.

…..