FALCK, Anton Reinhard
Brieven aan David Cornelis VAN LENNEP
van 16 Augustus 1813
…..
Bij u aan huis, en met u sprekende was het dat ik het idee der reünie eerst recht levendig opvatte. Sedert heeft het onafgebroken in mijn geest post gehouden indien ik zo zeggen mag, naast menig ontwerp tot die bevrijding, die wij zo gelukkig hebben tot stand zien komen.
…..
van 6 December 1813
…..
Engeland en de overige geallieerden zijn voor onze vergroting naar de kant van Brabant, en dewijl Helvoetsluis ontruimd is, zullen wij daar spoedig een legertje kunnen hebben om te opereren. Maar zouden wij de militaire operatie niet kunnen ondersteunen door een pamflet? Ik denk van ja, maar heb geen tijd om zelf de hand aan het werk te slaan. Ik wende mij tot u, die het gewicht der zaak evenzeer als ik zelf penetreert. De gemoederen zijn ginds wel rijp voor een insurrectie. - Tot aan de boorden der Moezel moet alles wederom aan Frankrijk ontrukt en Hollands gemaakt worden. - Kunt gij het in de vorm ener affiche dwingen, des te beter.
…..
van 11 September 1830
…..
er zijn waarschijnlijk niet vele mensen in Nederland die deze naderende scheiding van Noord en Zuid met zo lede ogen zien als gij en ik. Zeker zijn er weinigen die zo vroeg het denkbeeld der vereniging opgevat en gekoesterd hadden. Het is ten minste al achttien jaren geleden dat wij ons over dat schone probleem voor het eerst onderhielden en hoe dikwijls, sedert die tijd, hebben de omstandigheden het aanschijn gehad alsof het op een voldoende wijze en voor altoos gesolveerd was?
…..