ANONIEM




O Fortuna


O Fortuna
velut luna
statu variabilis,
semper crescis
aut decrescis;
vita detestabilis
nunc obdurat
et tunc curat
ludo mentis aciem,
egestatem,
potestatem
dissolvit ut glaciem.

Sors immanis
et inanis,
rota tu volubilis,
status malus,
vana salus
semper dissolubilis,
obumbrata
et velata
michi quoque niteris;
nunc per ludum
dorsum nudum
fero tui sceleris.

Sors salutis
et virtutis
michi nunc contraria,
est affectus
et defectus
semper in angaria

Hac in hora
sine mora
corde pulsum tangite;
quod per sortem
sternit fortem,
mecum omnes plangite!


O Fortuna


Oh Fortuna,
zoals de maan
in veranderlijke gestalten,
neem jij altijd toe
of neem jij af;
een vervloekt leven
nu eens is het hard
en dan weer is het zorgzaam
door het spel smelt geestelijke zekerheid,
armoede,
vermogen,
weg als ijs.

Vreselijk
en ijdel lot
jij rondwentelend rad
ongunstige toestand
vergeefse redder
altijd oplosbaar,
beschaduwd
en besluierd
ook kwel jij mij;
door het spel
van jouw gedraai
loop ik nu met een blote rug.

Het lot van welzijn
en deugd,
voor mij nu ongunstig,
bestaat uit stemming
en moedeloosheid
altijd in drukkend zware dienst.
Hier op dit uur
onverwijld
beroert de snaren met het hart;
omdat het lot
de sterke doet instorten,
jammert allen luid met mij!