VERMEULEN, Bram
De Steen
Ik heb een steen verlegd,
in een rivier op aarde.
Het water gaat er anders dan voorheen.
De stroom van een rivier, hou je niet tegen
het water vindt er altijd een weg omheen.
Misschien eens gevuld, door sneeuw en regen,
neemt de rivier m'n kiezel met zich mee.
Om hem, dan glad, en rond gesleten,
te laten rusten in de luwte van de zee.
Ik heb een steen verlegd,
in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten.
Ik leverde bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
de stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.
Ik heb een steen verlegd,
in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten.
Ik leverde bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
de stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.
Testament
Als ik dood ga, huil maar niet
ik ben niet echt dood moet je weten
het is maar een lichaam dat ik achterliet
dood ben ik pas als jij die bent vergeten.
En als ik dood ga, treur maar niet
ik ben niet echt weg moet je weten
het is de heimwee die ik achterliet,
dood ben ik pas als jij dat bent vergeten.
En als ik dood ga, huil maar niet
ik ben niet echt dood moet je weten
het is het verlangen dat ik achterliet
dood ben ik pas als jij dat bent vergeten
dood ben ik pas als jij me bent vergeten.
De beuk erin
En als ik niet meer huil als ik de nevel zie boven de stille velden
Hoe de zon zijn stralen breekt uit gaten in de lucht
Hoe vogels strepen trekken in hun vlucht
Als ik daarvan niet meer huil, wil ik dan nog wel bestaan?
En als ik niet meer huiver als ik de kleuren zie
Hoe ze tot paars verglijden hoe de nacht de dag verdrijft
En plaats maakt voor de maan
Als ik de uilenkreet tot stilte hoor vergaan
als ik dan niet huiver, wil ik dan nog wel bestaan
De beuk erin. De beuk erin.
Ik geef het toe zo heeft het allemaal geen zin.
De beuk erin. De beuk erin.
Alles moet weg en dat is pas het begin.
En als ik niet meer beef als ik jouw lichaam zie, de snelheid van je lach
Hoe één beweging van je hoofd je gemoed verraadt
Hoe ieder ongesproken woord mij hier verloren achterlaat
Als ik daarvan niet meer beef, ach, wil ik dan nog wel bestaan?
En als ik niet meer schreeuw, als ik de beelden zie
Hoe geweld eenvoudig toeslaat
Hoe de verveling van teveel en onverschilligheid overgaat
Als de domheid van de dood mij met stomheid slaat
Als ik dan niet schreeuw, wil ik dan nog wel bestaan?
De beuk erin. De beuk erin.
…..
Ik meet alles wat ik zie aan wat ik eerder zag,
zodat ik nooit iets anders denk dan wat ik al dacht.
Zo gaat alles keurig net zoals ik had verwacht.
Alles veilig en bekend, nooit is er meer iets onverwacht.
Alles past, niets is te groot.
Ik hoef niet eens te overleven want ik ben al dood.
De beuk erin. De beuk erin.
…..
En als ik niet meer lach als ik de geluiden hoor van mensen die zich duiden
De angst alleen te zijn gaat met ze aan de haal
Het tumult van veilig wezen weerklinkt als haveloos kabaal
Als ik daarom niet meer lach, ach, wil ik dan nog wel bestaan
En als ik niet meer vecht, als ik het strijden zie, de logica van het bestaan,
Hoe mensen in hun overleven automatisch verder gaan
Het dodelijk geweld van geld trek ik mij niet meer aan.
Als ik daartegen niet meer vecht, waarom zou ik dan nog bestaan?
De beuk erin. De beuk erin.
…..
Alle uitgesleten paden in mijn hoofd moeten met de sloper mee.
Ik wil nu, en alles anders, ik wil nooit meer als ik dee.
De beuk erin. De beuk erin.
…..
Teveel
Ach mijn liefste
Ik zag mannen drinken
Ik zag ze zingend in hun leed verzinken
Ik zag ze huilend op het leven klinken
En ik dacht aan jou
Ach Mijn liefste
Ik zag vrouwen dansen
zag ze behoedzaam loeren op hun kansen
wang aan wang schuiven in hun laatste dansen
En ik dacht aan jou
Ach mijn liefste
Ik zag meisjesogen
Ik zag wat ze met hun lichaam beloven
Ik zag hoe ze met hun glimlach logen
En ik dacht aan jou
Alles is teveel mijn liefste
Als ik het niet deel met jou
Ik weet niet wie ik wezen zou
Want overal ben jij mijn liefde
Overal ben jij mijn vrouw
Ach mijn liefste
Ik rook de geur van vuur
Ik zag de kleuren van het late uur
Hoorde de stilte dalen in de natuur
En ik dacht aan jou
Ach mijn liefste
ik zag de volle maan
Ik zag de zon achter de bergen gaan
Ik zag het rood in diepblauw overgaan
En ik dacht aan jou
Alles is teveel mijn liefste
Als ik het niet deel met jou
Ik weet niet hoe ik leven zou
Want overal ben jij mijn liefde
Overal ben jij mijn vrouw
Alles is teveel mijn liefste
Als ik het niet deel met jou
Ik weet niet hoe ik leven zou
Want overal ben jij mijn liefde
Overal ben jij mijn vrouw
Ach mijn liefste,
Ik zag de tijd voorbij gaan
Ik heb voor alles wat ik zie een naam
Ik zie mezelf voor de spiegel staan
En jij kijkt mij aan