SÖDERGRAN, Edith



Vierge moderne

Ik ben geen vrouw, ik ben onzijdig.

Ik ben een kind, een page en een stout besluit,

Ik ben een lachende straal van een scharlaken zon…

Ik ben een net voor alle gulzige vissen,

Ik ben een dronk op de eer van alle vrouwen,

Ik ben een stap naar toeval en verderf,

Ik ben een sprong naar vrijheid en eigen zelf…

Ik ben bloedgefluister in het mannenoor,

Ik ben huiver van de ziel, verlangen en weigering van ’t vlees,

Ik ben een richtingwijzer naar nieuwe paradijzen.

Ik ben een zoekende en dappere vlam,

Ik ben water, diep maar driest tot aan de knieën,

Ik ben vuur en water, in een eerlijk en vrijwillig verband.


(Vertaling: Zaj De Meester)