BOVÉ, Lars
De geheimen van de Staatsveiligheid
Een inkomende oproep van een geheim nummer.
‘Hallo, met Bové.’
‘Meneer Bové?’
‘Daar spreekt u mee.’
‘U kent mij niet’
‘Ik heb wel een idee wie u bent, afgaande op uw stem...’
‘Neen, wij hebben elkaar niet gesproken.’
‘Begrepen.’
‘U moet iets weten over de Veiligheid van de Staat.’
‘De Staatsveiligheid?’
‘Ze heeft mollen, informanten bij alle telecomoperatoren in België.’
‘Mollen? Informanten?’
‘Ja, ze schenden hun beroepsgeheim. Niemand weet dat.’
‘Bedoelt u dat de Staatsveiligheid illegaal gegevens krijgt van telecombedrijven?’
‘Ja. Ze heeft dat jarenlang gedaan: privételefoonnummers, gegevens van bellers,
elektronische communicatie, internetadressen. Alles kan ze krijgen, zonder controle.’
‘Wie zijn die mollen?’
‘Niemand controleert de informanten. Dat is de achterpoort.
‘Hoe lang al?’
‘Het is al zo sinds the good old days. Meer zeg ik niet. Ik heb u niet gesproken.’
‘Maar u kunt toch iets meer…’
Ingehaakt
…..