H ELVETIUS VAN DEN BERGH, P.T.


De burger schuddebuikt
…..
Men spreek' van nectar, ambrozijn,

van tronen, purper, hermelijn,

van diadeem en majesteit,

vergank'lijkheid, onsterf'lijkheid,

van kroongoud, paarlen, diamant,

van mensheid, wereld, vaderland,

van godsdienst, kunsten, roem en eer,

van wijsbegeerte en zedenleer,

van donderwolk en bliksemschicht,

orkaangeloei en noorderlicht,

van 's mensen zonden, 's hemels wraak,

van zilte tranen, zout van smaak,

van adderspog en aconijt,

de stalen tanden van de tijd,

van rokend puin, ellende en dood,

van oorlog, pest en hongersnood,

van hydra, bloedhond, tijger, leeuw,

de zwijmel-tuimelgeest der eeuw,

van volkenrecht en dwing'landij,

van wet en orde en muiterij,

van vrijheid en 't geschokt Euroop',

het wenend mensdom en de hoop,

het zwaard, van 't heldenmoorden zat,

verwoeste landen en een stad

die in de lucht vliegt of verzinkt,

van de aard, die bloed als water drinkt,

natuur, die wegkwijnt en verdort,

't heelal, dat weer een chaos wordt
…..