SEUPHOR, Michel



Intermezzo

…..
Wanneer ik in het duister

luister

naar dat ver klavier,

mij zo dier,

dat sleurt mijn smart,

omgord met doornenkransen;

- ’n gekke part -
in dolle rondedansen;

dan zal die pijn mij niet aan ’t huilen slaan

omdat het toch niet op de maat wil gaan,

en, basta, ‘k zal mijn snikken slikken

en d’r niet in stikken,

ik.