HOOFT, W.D.
Jan Saly
…..
’k Mocht mijn eigen kwaad zelfs wel eerst verwisselen,
Doch ‘k en heb mijn leven niet bedreven of gedaan,
Of ’k wil voor de wijdelijke wereld wel in ‘t licht staan:
Al wordt van mijn nering die ik doe niet veel gehouwen,
Nochtans is ‘t menselijk, want men ziet er veel om trouwen;
Maar wat heb ik om de zoetigheid wel een Gerrit aan mijn deur,
Dan van deze schijtvalk, dan van een ander monsieur,
Daar heb je ‘t dan, bo Katrijntje wordt dat galante bazinneke,
En weet jij niet wie ik meen, dat Waterlands boerinneke,
Dat je ‘t Oosten van Wormer voor jou nam:
Ja Seigneur zeid’ik die is al uit Amsterdam,
Want zij was zwaar bij een rijke Schipper waar ze lang had bij gezeten,
In die lucht kreeg de Schout in z’ neus, die wou er straks mee eten,
Zodat ze dadelijk naar Den Haag vertrok,
…..
Bewerking Z. DE MEESTER