PROUST, Marcel
XXX – VOILES AU PORT
…..
…..
|
XXX – ZEILEN IN DE HAVEN
Rank en taai lagen ze met een droeve trots gekeerd naar de oceaan die ze bedwingen en waarin ze rondzwalken. De wonderlijk en kunstig gewikkelde want weerspiegelde zich in het water zoals een helder en bedachtzaam brein verzinkt in de onzekere bestemming die het vroeg of laat zal fnuiken. Ze hadden zo kort geleden het ontzettende, mooie leven verlaten waarin ze morgen weer geheel gingen opgaan, hun zeilen hingen nog slap in de wind die ze tevoren nog zacht had doen bollen, hun boegspriet boog over het water zoals gisteren nog tijdens de vaart, en, van boeg tot achtersteven, leek de welving van hun romp de geheimzinnige en soepele sierlijkheid van hun kielwater te behouden.
…..
|