FROST, Robert



Stopping by Woods on a Snowy Evening

Whose woods these are I think I know.
His house is in the village, though;
He will not see me stopping here
To watch his woods fill up with snow.

My little horse must think it queer
To stop without a farmhouse near
Between the woods and frozen lake
The darkest evening of the year.

He gives his harness bells a shake
To ask if there is some mistake.
The only other sound's the sweep
Of easy wind and downy flake.

The woods are lovely, dark, and deep,
But I have promises to keep,
And miles to go before I sleep,
And miles to go before I sleep.




Halte aan een bos op een besneeuwde avond


Ik meen te weten van wie is dit woud,

zijn huis staat in het dorp, nietwaar.

Hij zal niet zien dat ik hier halte houd

en kijk hoe zijn bos ondersneeuwt.


Mijn paardje vindt het wellicht raar,

een halte door hoeves niet omgeven,

tussen het bos en het bevroren meer,

op de donkerste avond van het jaar.


Als vraagt het wat ik hier verloren ben,

schudt het met zijn gareel de klokjes.

Het enige andere geluid is het vegen

van de zachte wind en donzen vlokjes.


Het bos is prachtig, donker en diep.

Ik moet houden beloftes aangegaan,

en mijlen rijden voor het slapengaan,

en mijlen rijden voor het slapengaan.


( Vertaling .Z. DE MEESTER )