BOUTSEN, Niels
Gestrand
Gestrand,
aan de rand van de stad,
staar ik naar de lucht,
de hemel huilt,
een schuilplaats is onvindbaar
want de regen
druppelt overal door.
Ik weet
dat zelfmedelijden best te vermijden valt.
Toch sta ik hier,
de regen gunt me griep.
Hiep hiep hoera voor mijn immuunsysteem.
Het komt wel goed maar niet vandaag,
vandaag laat ik aan mij voorbij gaan
omdat het soms niet anders kan.
Ik hoop
dat iemand nog zal redden
wat te redden valt.
Ik vrees ervoor,
ik sta hier in m’n eentje,
in je blootje is alles eens zo zwaar.
Het komt wel goed maar niet vandaag
…..
Ze zei dat alles goed kwam
als ik het maar niet te serieus nam.
Je weet dat dat iets is dat me niet ligt.
Ik droomde van omkeerbaarheid,
ik faalde in onfeilbaar zijn
ik kan niet meer terug.
Ik kan niet meer terug
Het komt wel goed maar niet vandaag
…..
Gestrand,
aan de rand van de stad,
staar ik naar de lucht,
de hemel huilt,
een schuilplaats is onzichtbaar
want de regen druppelt enkel in m’n hoofd.