ROMEIN, Jan en Annie
Erflaters van onze beschaving (1977)
– Jan Romein & Annie Romein-Verschoor
Filips van Marnix
…..
Het verwijt dat een Marnix een vreemdeling zou zijn, treft hem dus niet. Treft er ons een, dat we deze Zuidnederlander een plaats in de rij van erflaters onzer beschaving hebben geven? Wij menen van niet. Immers, welk standpunt men ook inneemt, het zogenaamde Groot- of Klein-Nederlandse, en hoe hoog of laag men de zuidelijke invloed op het Noorden gedurende de voorafgaande eeuwen ook schatten wil, het blijft een feit, dat juist in de16de eeuw zich het Nederlands cultuurbezit van Zuid en Noord amper laat onderscheiden, laat staan scheiden. Zouden wij geen Zuidnederlanders hebben mogen opnemen, wier werk door de loop die de gebeurtenissen nu eenmaal genomen hebben, zo niet uitsluitend, dan toch voornamelijk het Noorden ten goede is gekomen, dan zouden wij ook Stevin, ja, dan zouden wij zeker Oranje hebben moeten schrappen, die van afkomst zelfs helemaal geen Nederlander was. We zouden daarmee onze kroon niet alleen van drie van haar kostbaarste parels hebben beroofd, maar bovendien het beeld der Noordnederlandse beschaving in deze en de volgende eeuwen totaal vertekend hebben, want deze laat zich, zoals bekend genoeg is,in haar wonderbaarlijke volheid en plotselinge wasdom zeker niet denken zonder Oranje, maar ook niet zonder Marnix en Stevin en evenmin zonder staatslieden van mindere rang als Van Aerssen en Van Meetkercke, zonder theologen als Plancius en Gomarus, zonder dichters als Heinsius, Vondel en De Decker, zonder schilders als Hals en Bol, zonder kooplieden als Le Maire, De Moucheron, Usselincx en De Geer, die allen uit het Zuiden afkomstig zijn.
…..
De lage landen bij de zee
…..
…..