ROMBOUTS, Tony



Wulps en verleidelijk wenkt

























Ars poëtica


Laat ik dit zeer duidelijk stellen:

ik ben niets anders

dan de absolute reinheid

die zichtzelf, heel onverwachts,

als een feniks uit het niets heeft geschapen,

adembenemend mooi

en uiteraard volkomen autonoom.


Met klem waarschuw ik dan ook iedereen

dat er geen enkele dichter is

die met zijn poten

aan mijn lijf mag komen.


Zo niet sla ik hem

op zijn smoel.


De genese van het gedicht


Tussen wat vergruisde schelpen

aan de vloedlijn van het strand

plots enkele herkenbare letters vinden.

Sommige zijn nog drijfnat

en zichtbaar op zoek naar hun functie.

Andere liggen blakend te praten

naast enkele aangespoelde kwallen

die voorzichtig liggen te vergaan en door

de zon nog niet volledig zijn uitgedroogd.

Langzaam stappend langs de branding

kijkend naar de geluidloze gebaren

van de uitglijdende golven

vult het mandje zich volledig van zichzelf.

Ieder gedicht is een vondst

uit de werkelijkheid.