GELDERBLOM, Arie
Een ontmoeting
hij had hen zoveel willen zeggen, zoveel
over wat hem bezighield en wat hij beleefde,
zoveel ook over wat hem in hen opviel
en dat zijn moeders ogen even mooi even wijs waren
als vroeger al was ze weer dikker geworden
en dat zijn vader beter gekleed was dan ooit
en dat ze niet moesten zeuren over wat
volgens hem onbetekenend was en dat - ,
hij had hen zoveel willen zeggen over hoe
wat hem betrof de tijd voorbijging
maar het bleef bij de dingen die iedereen
altijd zei en hij was blij toen ze weg
waren en hij over hen kon nadenken
alsof hij toch alles en alles gezegd had
Een vrouw
alsof het een harp was die
in zijn hart paste, een droom
van een ding dat mooi was
als een voetstap in het zand
zo gevoelig als gras, zo goed
van vorm als een ei, geheimzinnig
als een spinnewiel of wimper-
kruller, luchtig als turf
vreemd als een sneeuwvlok
lekker als een teruglopende
wekker, zacht als de
luchtbel in een waterplas
helaas: zo gevaarlijk als een vliegenvanger