ALBERDINGK THIJM, J.A.


WERELD-WARSHEID

Sterk, sterk mij, Heer, in 't hopen op de hemel:

Hier is de helste glans een nevlige avondschemel ;

De stoutste poëzie een zinloos, dwaas, geremel;

De reinste liefde een wufte gloed:

0, maak mij los van de aard; maar geef mij moed en krachten

't Verlangde scheidingsuur in ootmoed af te wachten

En Uwe wil te doen in voor- en tegenspoed!